Collabora Office 24.04 Help
Een boogsegment bestaat uit twee gegevenspunten (eindpunten) en twee besturingspunten (grepen). Een besturingspunt is door middel van een besturingslijn met een gegevenspunt verbonden. U kunt de vorm van een boog wijzigen door een gegevenspunt in een ander punttype om te zetten of door de besturingspunten te verslepen.
U kunt de eigenschappen van de lijn tevens wijzigen door de lijn te selecteren en Opmaak - Lijn te kiezen.
Als u de gegevenspunten en besturingspunten van een gebogen lijn wilt weergeven, selecteert u de lijn en klikt u op het pictogram Punten op de werkbalk Tekening. De gegevenspunten worden als vierkantjes en de besturingspunten als cirkels weergegeven. Het kan gebeuren dat een gegevenspunt door een besturingspunt wordt bedekt.
Selecteer een boog en klik op het pictogram Punten op de werkbalk Tekening.
Doe Ă©Ă©n van de volgende:
Sleep een gegevenspunt om het formaat van de lijn te wijzigen. Als het gegevenspunt wordt bedekt door een besturingspunt, sleept u het besturingspunt tot u het gegevenspunt kunt zien, waarna u het gegevenspunt versleept.
Sleep een besturingspunt. De boog wordt in de richting getrokken waarin u het besturingspunt sleept.
U kunt alleen bogen met ten minste drie gegevenspunten splitsen.
Selecteer een boog en klik op het pictogram Punten op de werkbalk Tekening.
Selecteer een gegevenspunt en klik op het pictogram Boog splitsen op de werkbalk Punten bewerken.
Selecteer een boog en klik op het pictogram Punten op de werkbalk Tekening.
Klik op het pictogram BĂ©zier sluiten op de werkbalk Punten bewerken.
Selecteer een boog en klik op het pictogram Punten op de werkbalk Tekening.
Klik op het gegevenspunt dat u wilt converteren en voer een van de volgende stappen uit:
Als u het gegevenspunt in een vloeiende punt wilt omzetten, klikt u op het pictogram Gladde overgang op de werkbalk Punten bewerken.
Als u het gegevenspunt in een symmetrische punt wilt omzetten, klikt u op het pictogram Symmetrische overgang op de werkbalk Punten bewerken.
Als u het gegevenspunt in een hoekpunt wilt omzetten, klikt u op het pictogram Hoekpunt op de werkbalk Punten bewerken.
Selecteer een boog en klik op het pictogram Punten op de werkbalk Tekening.
Klik op het pictogram Punten invoegen op de werkbalk Punten bewerken.
Klik op de lijn waarop u het punt wilt toevoegen en sleep een stukje.
Als een gegevenspunt geen besturingspunt heeft, selecteert u het gegevenspunt en klikt u op het pictogram Naar boog converteren op de werkbalk Punten bewerken.
Selecteer een boog en klik op het pictogram Punten op de werkbalk Tekening.
Klik op het punt dat u wilt verwijderen.
Klik op het pictogram Punten verwijderen op de werkbalk Punten bewerken.