2D-objecten converteren naar bogen, veelhoeken en 3D-objecten

U kunt tweedimensionale (2D) objecten omvormen om verschillende vormen te maken. Collabora Office kan 2D objecten omvormen naar de volgende object types:

• Gebogen object op basis van Bézier-bogen

• Veelhoekobject met rechte lijnsegmenten

• 3D-object met arcering en een lichtbron

• 3D-rotatieobject met arcering en een lichtbron

Twee typen 3D-objecten

• De Statusbalk geeft weer "3D-scene geselecteerd". De 3D-scenes worden gebouwd van objecten die dimensies hebben in x-, y-, en z-coördinaten. Voorbeelden zijn de objecten die worden ingevoegd met de werkbalk 3D-objecten, en rechthoeken, ellipsen, of tekst die is gemaakt met de pictogrammen Rechthoek, Ellips, of Tekst, links op de werkbalk Tekening, of een gebruikergedefinieerde vorm, en die zijn geconverteerd naar 3D met behulp van het contextmenu "Converteren - Naar 3D". Deze 3D-scenes kunnen worden betreden (bijvoorbeeld door te drukken op F3), en de objecten kunnen worden geroteerd in 3D. Microsoft Office kent deze echte 3D-objecten niet. Bij het exporteren van deze 3D-scenes naar Microsoft Office-indelingen, zal een momentopname van de huidige weergave geëxporteerd als een bitmap. 3D-balken in diagrammen zijn ook van dit type.

• De Statusbalk geeft weer "Vorm geselecteerd". De gebruikergedefinieerde vorm kan worden weergegeven in modus 2D of in een modus 3D. U kunt op elk moment schakelen van weergave tussen in de twee modi. U gebruikt de Basisvormen, Symboolvormen, en de volgende pictogrammen op de werkbalk Tekening om gebruikergedefinieerde vormen te maken. De gebruikergedefinieerde vormen kunnen worden gewijzigd met behulp van de werkbalk 3D-instellingen. Zij vormen geen 3D-scene, zij kunnen niet worden belicht door meer dan één lichtbron, zij geven geen reflecties weer, en er zijn nog enkele ander beperkingen. U kunt ze converteren naar een 3D-scene, maar dan zijn zij niet langer gebruikergedefinieerde vormen. Gebruikergedefinieerde vormen in modus 2D of 3D kunnen worden geëxporteerd naar en worden geïmporteerd vanuit Microsoft Office-indelingen.

Zo converteert u een object naar een gebogen vorm:

1. Selecteer een 2D-object op de dia of pagina.

2. Klik met de rechtermuisknop op het object en kies Converteren - Naar boog.

Als u de vorm van het object wilt wijzigen, klikt u op het pictogram Punten op de werkbalk Tekening en versleept u de grepen van het object. U kunt ook aan de controlepunten van een handvat slepen om de vorm van de boog aan te passen.

Zo converteert u een 2D-object naar een veelhoek:

1. Selecteer een 2D-object op de dia of pagina.

2. Klik met de rechtermuisknop op het object en kies Converteren - Naar veelhoek.

Als u de vorm van het object wilt wijzigen, klikt u op het pictogram Punten op de werkbalk Tekening en versleept u de grepen van het object.

Zo converteert u een 2D-object naar een 3D-object:

1. Selecteer een 2D-object op de dia of pagina.

2. Klik op het pictogram Extrusie aan/uit op de werkbalk Tekening of klik met de rechtermuisknop op het object en kies Converteren - Naar 3D.

Als u de eigenschappen van het 3D-object wilt bewerken, gebruikt u de werkbalk Lijn en opvulstijl en de werkbalk 3D-instellingen.

Zo converteert u een 2D-object naar een 3D-rotatieobject:

U maakt een 3D-rotatieobject door het geselecteerde object ten opzichte van zijn verticale as te draaien.

1. Selecteer een 2D-object op de dia of pagina.

2. Klik met de rechtermuisknop op het object en kies Converteren - Naar 3D-rotatieobject.

Als u de eigenschappen van het 3D-object wilt bewerken, gebruikt u de werkbalk Lijn en opvulstijl en de werkbalk 3D-instellingen.